Op een mistige dag zit ik bij Cécile Reulen in haar lichte keuken voor haar verhaal over eten. We zitten aan tafel met een cappuccino. Cécile vraagt zich af of het opkloppen van melk eigenlijk iets doet met de voedingswaarde van de melk. Die vraag hoor ik vaker en ik kan haar geruststellen, dit is niet zo. Het maakt de koffie zachter van smaak maar dat komt alleen door de melksuiker en die zat er al in. Met zicht op de tuin praten we uitgebreid over wat eten voor haar betekent.
Wat voor rol speelt eten in jouw leven?
‘Eten is voor mij in de basis iets heel positiefs, het staat voor gezelligheid. Ik vind het leuk om uitgebreid voor vrienden of familie te koken. Ik probeer dan graag iets nieuws uit. Met mijn man en een groepje vrienden hebben we een eetclub. Om de beurt koken we aan de hand van een thema, de hele avond staat dan in het teken daarvan. Mijn man houdt niet zo erg van koken, maar kan het wel. Daar kan ik dan ook weer erg van genieten, als ik een keertje niet hoef te koken, maar gewoon lekker kan aanschuiven.
Bakken, daar ben ik trouwens minder goed in dan koken. Dat is voor mij toch meer scheikunde. De verhoudingen luisteren nauw en dat is niet mijn sterkste kant. Geef mij maar ‘een snufje van dit en een beetje van dat’.
Help, hongerklop!
‘Ik vind eten dus echt een feestje, maar zodra het een moetje wordt, haak ik af. Nu in deze tijd bijvoorbeeld waarin ik bijna alleen maar thuiswerk, vergeet ik regelmatig dat ik moet lunchen. Op een gegeven moment merk ik dan dat het al half 2 is en voel ik me ook ineens slap. Maar omdat ik het niet gezellig vind om alleen te eten, maak ik me er vervolgens makkelijk van af met een paar hardgekookte eieren met wat groente.
Een mindere eigenschap van mij is dat ik knorrig kan worden van honger en ik me dan als een diva ga gedragen. Mijn man zorgt er dus altijd voor dat we iets te eten bij ons hebben als we onderweg zijn… met een mueslikoek binnen handbereik knapt de stemming snel weer op!’
Wat heb je meegenomen van vroeger? Wat herinner je je over eten in je familie?
‘Ik realiseer me dat hoe ik nu eet en over eten denk, grotendeels voortkomt uit wat ik van vroeger mee gekregen heb. Mijn moeder kookte bewust, koos voor seizoensgroenten en we aten ook wel vegetarisch. Er was geen gedoe rond het eten, het was gewoon zoals het was en dat was meestal gezellig. Mijn vader ging zich op een gegeven moment verdiepen in het bereiden van vlees door cursussen bij de slager te doen. Mijn moeder vond dat soms wat minder, omdat het leek of de keuken was ontploft als hij had gekookt, haha!
Binnen de familie was eten verbonden met tradities. Een mandarijn hoort bij Sinterklaas en eet je niet in de zomer. Snert in de winter, een karbonaadje met jus en pruimen op zondag. Ik heb goede herinneringen aan de rundvleessoep van mijn moeder, die mijn oma ook al maakte. Ze trokken zelf de bouillon waardoor het hele huis er heerlijk van ging ruiken!’
Invloed van de oorlog
‘Ik heb nog een specifieke jeugdherinnering over mijn oma. Zij hield er uitgesproken ideeën op na over hoe je met eten om moest gaan. Ze gooide nooit, maar dan ook nooit, eten weg. Het kwam wel voor dat ze buikpijn kreeg, omdat ze iets had gegeten dat echt niet goed meer was. Toch kon het in haar ogen niet anders, iets weggooien mocht niet, want dat was verspilling. Hier zie ik heel duidelijk hoe de oorlog haar gevormd had: beter buikpijn verdragen dan eten weggooien.’
Rust en aandacht werkt het beste
‘Hoe ik in de keuken sta is niet altijd hetzelfde. Soms maak ik me snel van het koken af door voorgesneden groente te gebruiken, en dan sta ik met de tv aan te koken. Ik heb dan naar mijn idee weinig tijd en kook haastig. Maar als ik er de tijd voor neem, straalt de hele keuken rust uit. Als dan mijn man binnenkomt, wordt hij daar ook ontspannen van. Mooi dat dat zo werkt, dat als je iets met aandacht doet, dat dat zelfs op andere mensen positief uitwerkt. Wat me trouwens opvalt, juist als ik lekker rustig bezig ben in de keuken, is het sneller klaar dan wanneer ik me haast. En ik word er zelf ook nog relaxed van… Eten als oefening in aandacht mag ik dus nog vaker doen!’
De les van een psycholoog
‘Ik heb een keer een verhaal gelezen van een psycholoog die het had over shoppen.
Je kunt elke week naar de stad gaan om wat kleding te kopen óf je kunt één keer gaan en dan groots inslaan. Ik heb onthouden dat deze psycholoog aangaf dat het laatste beter werkt bij het vervullen van je behoefte. Je bent dan meer ‘verzadigd’. Ik pas hetzelfde toe bij eten. Ik heb geen haat-liefde verhouding met eten en ik ben niet verslavingsgevoelig. Ik kan dus niet garanderen dat dit voor iedereen werkt. Ik kan zonder schuldgevoel een hele zak chips leegeten en daarna weken of soms maanden geen chips aanraken, omdat ik er geen zin in hebt. Ik ben hierdoor ook één van de weinigen -überhaupt, heb ik het idee- die het bij één handje chips, nootjes of dropjes kan laten zonder meer te willen.’
Begrijp je dat sommige mensen moeite hebben om plezier aan eten te beleven?
‘Ik zie mensen in mijn omgeving die heel streng voor zichzelf zijn als het op eten aankomt. Mijn hart breekt als ik dat zie. Ze straffen zichzelf met eten. Ze houden van chocola, maar mogen bijvoorbeeld alleen extra pure chocola, omdat dat gezond zou zijn. Terwijl ze melk veel lekkerder vinden! Of ze stellen zichzelf iets lekkers in het vooruitzicht als beloning wanneer ze een doel bereikt hebben, maar wat nou als je dat doel nooit haalt? Wat heb je jezelf dan allemaal ontzegd?’
‘Bij mijn man vroeger thuis stond voorop dat eten gezond moest zijn, genieten van eten was ondergeschikt. Hij heeft daardoor een veel minder positief beeld over eten ontwikkeld dan ik. Juist omdat dit al van kleins af aan bestaat, vind ik het niet gek dat dit dan moeilijk door ander gedrag is te vervangen. Doordat hij niet leerde dat je ook mag genieten van eten heeft hij dan ook lange tijd een haat-liefde verhouding met eten gehad. Ik kan wel zeggen dat dat gelukkig ten gunste is veranderd sinds wij samen zijn. Het kan dus wel veranderen.’
Motto
‘Wat ik de lezer nog wil meegeven is: Wees niet te streng voor jezelf, gun het jezelf om iets lekkers te eten en daar dan echt van te genieten.
Mijn eigen levensmotto vat het mooi samen:
Live is short - Take the trip - Buy the shoes - Eat the cake’
Geef het door!
Tijdens het gesprek krijg ik van Cécile twee recepten. De eerste is een pastarecept dat ze al heel lang eet en nog altijd geliefd is bij haar, haar man en haar moeder: Pasta met spek, prei, kaas, cashewnoten en yoghurt. Ik heb het uitgeprobeerd met mijn gezin. Ik waande me even terug in mijn studententijd, waar het recept voor Cécile ook is ontstaan. Een lekker romige pasta, echt comfort food op een winterse dag die bij iedereen in de smaak viel.
Het tweede is een recept uit het boek ‘Reis om de wereld in 80 gerechten’ (van Daniel Loftus). Het boek kreeg ze van een bekende in bruikleen onder het mom van ‘Jij kunt hier wel wat mee’. Het recept dat ze me tipt, is een dadel-koffiebrood van Debbie Loftus. Ook deze heb ik gemaakt. Een heel bijzonder recept, omdat je bij het maken kokendhete koffie mengt met dadels en baksoda. Echt een nieuwe smaak voor mij op deze manier en zeker ook genieten met een kopje koffie. ‘Eat the cake’ neem ik dus dankbaar over van Cécile!
Reactie plaatsen
Reacties